Column: Dickens vrijwilligers Datum December 22, 2017

Wat gaat de tijd snel. Het Dickens festijn is alweer achter de rug. Nog even en het is 2018. Maar voor het zover is krijgen we via de  media de jaaroverzichten te zien. Van het nieuws, de sport, van de BN’ers,  het weer, de financiële wereld en natuurlijk de geweldige  ‘zeepbel’ die ‘Bitcoin’ heet. Het heeft wel wat al die overzichten, het hele jaar teruggebracht in anderhalf uur. 



Maar even terug naar het  Dickensfestijn ….ik waande me echt in een andere wereld. Wat is dat toch een fantastisch Deventer evenement. Jammer dat het zo snel is afgelopen. Ik vraag me af of al die vrijwilligers daar ook zo over denken. Als ik een hoed zou dragen dan zou ik een diepe buiging maken en mijn hoed afnemen voor al die vrijwilligers. Mede dankzij de inzet van iedereen die zich belangeloos heeft ingezet is het Dickens festijn wat het nu is. Een bonte mêlee van mensen die, verkleed of niet, Dickens tot een succes maken. En dat al jarenlang. Ik heb daar diep respect voor.



Zoals ik dat ook heb voor mensen die vrijwilligerswerk doen bij hun club of bij een verenging of stichting. ‘Het er even bij doen’ of je met hart en ziel ergens voor inzetten, dat is een groot verschil. Dat is passie. Alles wat je met passie doet daar zit een drive achter maar bovenal plezier en voldoening. En dat zie ik ook terug bij het afgelopen Dickensfestijn.   Want met elkaar zorgen zij toch voor de ultieme kerstsfeer. En dat is waar mensen altijd naar op zoek zijn zo ronde de donkere dagen voor kerst. En die ultieme kerstsfeer kan iedereen voor zichzelf uitleggen.



Voor de één is het lekker eten en gezelligheid, voor de ander terugkijken naar mooie herinneringen van wat eens was geweest. Het Dickensfestijn maakt hoe dan ook iets los in mensen. De gemeenschappelijkheid en de Christmas Carols. De personages die,  geheel in stijl,  iedereen begroeten met ‘Merry Christmas’. De geur van gepofte kastanjes. Het heeft naast de grote vrolijkheid ook iets melancholieks. Van de kerst die je altijd hoopte in je verbeelding en in het echt altijd een beetje tegenviel. Geen sneeuw, geen zingend koortje op de hoek van de straat. Dat geeft het Dickensfestijn tegelijkertijd iets magisch. En menig Deventenaar hoor ik verzuchten: ‘Aj’t ’n kere  ezien het dan hoaf ie niet mer ‘. Mijn Deventers is niet zo best maar de vertaling luidt: “Als je het een keer hebt gezien dan weet je het wel”. Maar zo is het natuurlijk niet. Dickens blijft fascineren.

Net zoals een kerstboom dat kan doen. Die komt trouw 1,5 week voor de kerstdagen opgetuigd en al in de woonkamer te staan. En die kerstboom doet mij denken aan de eerste keer dat ik met mijn vader mee mocht. In mijn herinnering sneeuwde het en  mocht ik de top dragen, mijn vader de zwaarste kant. Zo liepen we naar huis. Wat voelde ik mij trots en blij. Dat gevoel van lang vervlogen tijden met persoonlijke herinneringen roept het Dickensfestijn in mij op. En als ik loop tussen al die prachtige personages dan zie ik ook al die vrijwilligers. Dank jullie wel dat jullie het kerstgevoel levend houden.


 
Rob de Jong.